Bij een normale ABC- levering verkoopt ondernemer A aan B en B aan C. De goederen gaan rechtstreeks van A naar C. Als het vervoer plaatsvindt in het kader van de levering A-B, moet B zich registreren in het land van C en daar aangifte doen.
Deze registratie en btw-aangifte zijn niet nodig bij een vereenvoudigde ABC-levering.
LET OP De vereenvoudigde ABC-levering gaat alleen op indien alle 3 de ondernemers in een verschillend land een btw-identificatienummer hebben.
LET OP Als u bent geregistreerd in land C kunt u de regeling van de vereenvoudigde ABC-levering dus niet toepassen.
Methodiek vereenvoudigde ABC-levering
Als u tussenhandelaar B bent, ontvangt u een factuur met 0% btw. U neemt deze aankoop niet op in uw btw-aangifte. De 2e transactie (van u naar C) merkt u aan als een intracommunautaire levering. U stuurt een factuur zonder btw. Deze factuur moet aan extra eisen voldoen. Hierbij geeft u de levering aan in uw btw-aangifte en neemt deze op in uw opgaaf ICP. Ondernemer C berekent zelf de verschuldigde btw en geeft deze aan in zijn eigen land.
Voorwaarden
- U kunt aantonen dat u de goederen van A hebt gekocht met het doel ze door te verkopen aan C. Dat toont u aan met bijvoorbeeld een contract of een offerte.
- Er zijn 3 ondernemers die elk in een verschillend EU-land een btw-identificatienummer hebben.
- U maakt met A de afspraak over het vervoer van de goederen.
- De goederen gaan van A rechtstreeks naar C in het land van C.
- U bent niet geregistreerd in het land van C.
- Uw intracommunautaire levering aan C neemt u op in uw btw-aangifte en opgaaf ICP.
Extra eisen factuur
De volgende extra gegevens op uw factuur aan C vermelden:
- uw eigen btw-identificatienummer
- het btw-identificatienummer van afnemer C in het land van C
- de vermelding:
- ‘verlegging vereenvoudigde ABC-regeling’ of
- ‘intracommunautaire levering’
Hiermee brengt u afnemer C ervan op de hoogte dat hij de btw moet aangeven, omdat u de vereenvoudigde regeling gebruikt.