Vanaf 2014 heet de peuterspeelzaal of halve dagopvang: peuteropvang.
Vanaf 1-1-2014 kunt u een gedeelte van de kosten voor peuteropvang terugkrijgen:
A. van de Belastingdienst via de kinderopvangtoeslag, of
B. van de gemeente, wanneer u geen recht heeft op kinderopvangtoeslag.
Het is belangrijk dat u eerst nagaat of u voor kinderopvangtoeslag in aanmerking komt. De gemeente heeft alleen geld om ouders te financieren die geen recht hebben op de kinderopvangtoeslag.
Hieronder vindt u eerst informatie over de regeling kinderopvangtoeslag (A) en daarna over de gemeentelijke regeling (B).
A. Regeling kinderopvangtoeslag
Als u recht heeft op kinderopvangtoeslag vraagt u deze aan bij de belastingdienst. Hoe dit financieel voor u uitpakt is afhankelijk van veel factoren. ln de meeste gevallen gaat u er, in vergelijking met de huidige situatie, op vooruit.
De hoogte van de kinderopvangtoeslag hangt af van uw inkomen en het aantal uren dat u werkt. Ook het aantal kinderen dat naar de opvang gaat, het aantal uren opvang en de uurprijs zijn bepalend.
1. Wat is kinderopvangtoeslag?
Kinderopvangtoeslag is een tegemoetkoming in de kosten van opvang voor kind(eren), die ouders via de Belastingdienst krijgen. Vanaf 1-1-2014 moet u ook voor peuteropvang deze toeslag aanvragen.
2. Recht op kinderopvangtoeslag, welke voorwaarden gelden.
U heeft dat recht, als u (en/of uw partner) voldoet aan alle hierna volgende voorwaarden:
1. U werkt, studeert, volgt een traject naar werk of een inburgeringscursus bij een gecertificeerde instelling.
2. U krijgt kinderbijslag of een pleegouderbijdrage voor het kind. Of u onderhoudt uw kind in belangrijke mate (meer dan 6 416 per kwartaal, prijspeil 2013).
3. Uw kind staat op uw woonadres ingeschreven.
4. De locatie voor peuteropvang is landelijk geregistreerd.
5. U heeft met de peuteropvanginstelling een schriftelijke overeenkomst (getekend door beide partijen) afgesloten.
6. U betaalt de kosten voor kinderopvang.
7. U heeft de Nederlandse nationaliteit of een geldige verblijfsvergunning.