Banksparen niet zo gunstig meer

Bij banksparen betaal je pas inkomstenbelasting bij de maandelijkse uitkering vanuit het gespaarde banksaldo. Belangrijk voordeel is dat de belastingtarieven voor gepensioneerden lager zijn dan voor mensen die nog geen AOW krijgen. Je kunt dus bij het banksparen een hogere belastingaftrek krijgen, dan je later betaalt bij het uitkeren. In de eerste schijf betaalt een AOW-er 19 procent inkomstenbelasting en in de tweede schijf 24%. Bij een niet-AOW-er is dat 37% en 42 %.

LET OP Dit lijkt mooi. Maar in 2011 is de zogenaamde “houdbaarheidsbijdrage” ingevoerd, om de stijgende AOW-uitgaven betaalbaar te houden. Bestaande gevallen van 67 jaar en ouder vallen daar niet onder.

De houdbaarheidsbijdrage is, dat ouderen in de tweede schijf (afgerond tussen de € 20.000 en de € 33.000) elk jaar een beetje meer belasting gaan betalen. Dit komt doordat de belastingschijven slechts voor 75% van de inflatie worden aangepast. De bovengrens van de tweede schijf gaat dus minder omhoog dan de inflatie en dus kom je eerder in een hogere belastingschijf. In de eerste schijf heb je dit nadeel niet. Sluipenderwijze gaan mensen met een belastbaar inkomen in de tweede schijf er dus de komende jaren op achteruit.

LET OP Bovendien is de kans nog steeds groot dat de AOW gefiscaliseerd wordt om deze betaalbaar te houden. Dat betekent dat het lagere belastingtarief voor de AOW-er komt te vervallen.

Lees meer in: Banksparen

Gepubliceerd op
Gecategoriseerd als Banksparen